Naar Merw en Oezbekistan

3 juni 2013 - Mary, Turkmenistan

3 juni was een gedenkwaardige dag. We zouden vroeg vertrekken want het werd een lange rit. Bovendien hadden we voor het eerst geen touringcar maar een coaster als vervoermiddel. Er konden 6 koffers in het laadruim en de rest moest achterin het passagiersgedeelte. We hadden dus zelfs een paar van de klapstoeltjes nodig om te kunnen zitten ... Bij het vertrek uit Ashgabad werd ons nog eens duidelijk dat er een groot verschil is tussen de saaie sombere Sovjet woonblokken uit de oude stad en de glanzende witte woontorens in het nieuwe gedeelte. Hoewel al die moderne gebouwen misschien wel wat overdadig zijn is het wel een schitterend gezicht. Vrij snel na het verlaten van de stad bleek dat buiten de stadskernen weinig geld in de infrastructuur gestoken was. De weg naar Mary, toch de tweede stad van het land, werd slechter en slechter. Naast "potholes" ook enorme vervormingen in het wegdek door al het vrachtverkeer. De snelheid werd dus steeds lager. Op een gegeven moment dachten we dan ook dat we misschien beter bij een " wokzal" konden uitstappen om met de trein verder te reizen.bvoor de goede orde, een wokzal is een station. Daar hebben de Turkmenen het Russische woord voor aangehouden omdat ze, zoals onze gids vertelde, voor de komst van de Russen geen treinen of stations hadden en dus ook geen eigen woord daarvoor.

Om een lange reis kort te houden: een uur voor zonsondergang arriveerden we bij de ruines van Merw, een stad die tot in de 13 e eeuw een heel belangrijke en machtige handels stad aan de zijderoute was. Toen maakten ze de vergissing om de mongolen hun schatting te weigeren en hoewel ze zich vervolgens 3 jaar later zonder strijd aan de mongolen overgaven waren die toch nog zo boos dat ze de hele stad verwoestten en alle 300.000 inwoners over de kling joegen ... 

Alles bij elkaar was het al behoorlijk laat voor we bij ons hotel kwamen waar we nog net voldoende energie hadden om wat te gaan eten voor we ons bed in rolden.

De volgende ochtend zaten we om 07.00 u al in de bus, dit keer gelukkig wel weer een volwassen model, omdat we wilden proberen de grens met Oezbekistan voor de lunchpauze van de douane over te komen. Eerst moesten we daarvoor nog een forse rivier oversteken, te voet over een pontonbrug, want we mochten niet in de bus de overtocht maken. Veilgheidsvoorschriften. De uitreisformaliteiten aan de Turkmeens kant van de grens waren dit keer heel beperkt en ook aan de Oezbeekse kant waren de inreisformaliteiten te overzien. Het probleem kwam nu uit een heel andere hoek, te weten het grote Niemandsland.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Foto’s